Door: Michel Beekman
Maandag 22 juli 2019. Buiten staat de zon al hoog aan de hemel, in combinatie met een lekker fris windje belooft het een prachtige dag te worden. Lekker Nederlands zomeren in het uiterste Zuidoosten van de provincie Limburg . Morgen en de dagen daarop wordt het echter in Partij Wittem en omstreken een beetje Maleisisch zomeren. Misschien zelfs nog wat extremer. Voor donderdag wordt er een temperatuur van 39 graden voorspeld.
Gelukkig valt de piek midden in de week en lijkt het komend weekeinde een beetje af te koelen. Voor de duiven dan want voor vakantiegangers maakt een graadje meer of minder natuurlijk niet zo veel uit. Wij vermaken ons wel in en om de prachtige hoeve van de familie van Wersch. Qua weer hadden de meeste afdelingen dit weekeinde in ieder geval prima geanticipeerd op het slechte weer van zaterdag. Zo werd in Noord Holland bijvoorbeeld niet op vrijdag maar op zaterdag ingemand. Iets dat meer afdelingen deden.
De afdelingen die wel op zaterdag hun jongen en Vitesse duiven losten (8, 10 en 11) kregen een wisselend verloop. In afdeling 8 viel het alleszins mee maar in 10 en 11 stonden de concoursen met de jongen lang open. Ondanks dat er op totaal verschillende tijden gelost werd en de hoge snelheden van de eerste duiven. Of was het misschien wel juist door deze hoge snelheden dat veel jongen hun hok misten.
LIMBURGSE DUIVEN AVONTUREN:
De vluchten op zondag, inclusief de sectorvluchten, verliepen ogenschijnlijk beter. Al is het bekijken van de uitslagen via de site van de Compuclub wellicht een beetje scorebordjournalistiek. Bij het sluiten van het concours moet natuurlijk nog 75% van de deelnemers hun hok bereiken. Op het hok van Jo en Florian Hendriks waar de aankomsten bekeken werden kwam de eerste 50% van de jongen best vlot maar liet de tweede 50% lang op zich wachten. Bij het vallen van de avond was zelfs nog zo’n 20% achter. Hetgeen veel te veel is/was. Zeker gezien de topkwaliteit die er op de hokken in Nijswiller huist en de intensiteit van de verzorging die ze krijgen.
Hoe anders was dit vervolgens met de oude duiven. Hier beleefde ik een Dagfondvlucht in ultieme vorm, althans naar mijn smaak.Na het eclatante succes op Argenton (waarop de eerste vijf plaatsen in de sector door vader en zoon werden ingenomen) was het vraag of de ploeg weduwnaars hun topvorm behouden had. Na het zien vallen van de duiven en de uitslag die dit teweeg bracht kan deze vraag volmondig met “ja” beantwoord worden.
Het evenaren van de uitslag van Argenton was natuurlijk onbegonnen werk maar met een 1e,2e en 5e tegen 7503 werd hierbij meer dan aardig aangeknoopt. Het prijspercentage was zelfs nog hoger dan op Argenton met 13 van de 14 in de prijzen. Eens te meer een bewijs van de enorme kwaliteit die er op de hokken in Nijswiller huist. Vader en zoon waren namelijk natuurlijk alles behalve aan hun proefstuk toe. Sinds jaar en dag domineren ze de NPO concoursen in de afdeling Limburg en als de wind gunstig staat is het ook in de sector kwaad kersen eten met deze o zo vriendelijke maar o zo gedreven mannen.
Opmerkelijk was hoe fit de duiven waren. Aan niets was te voelen dat de winnaar 6 uur en 41 minuten gevlogen had. Een peulenschil voor deze geweldenaar. De 07-145 vloog namelijk al eerder de concurrentie het snot voor de ogen met een 2e op Argenton tegen 9512 duiven (met 2 seconden geklopt door een hokgenoot) en een 2e op Mont Lucon tegen 4201 duiven.
Al deze kopprijzen werden behaald op vluchten met afstanden tussen de 540 en 575 kilometer. Afstanden voor de voorhand, waar Jo en Florian wonen, voor de verste afstand komt er dan nog zo’n 65 kilometer bij.
DAGFOND:
Afstanden die aansluiten bij mijn weekstuk van vorige week. Niet al te ver maar toch ver genoeg om het verschil te maken. Zeker bij tegenwind. Afstanden ook waarop de niet Dagfondspecialisten, lees de programmaspelers, nog een leuke tijdduif kunnen draaien. Deze liefhebbers zijn namelijk naar mijn bescheiden mening nodig om het concours nog enige body te geven.
Wanneer er slechts Dagfondspecialisten zouden deelnemen wordt de spoeling namelijk wel heel dun. Iets dat de deze specialisten zich ook zouden moeten realiseren. Hun duiven kunnen zonder twijfel afstanden van 700 tot wellicht wel 800 kilometer aan. Zelfs met tegenwind maar in het gemiddelde hok zijn dit soort duiven dun gezaaid.
NOG VAN ALLES:
Voor ons vertrek naar Zuid Limburg werd afgelopen week ook nog een bezoekje gebracht aan het praathuis in Badhoevedorp. Voorheen Gebr. Fanger tegenwoordig Lasterieshop maar aan de bezetting van het praathuis bleek niets veranderd. De mannen worden allemaal een jaartje ouder maar de meesten zijn nog even gedreven als altijd.
Velen waren echter zwaar te moede. De verliezen met de jonge duiven trekken een zware wissel op hun gemoedstoestand. Niet zo verwonderlijk wanneer na een paar vluchtjes het hokbestand al is terug gebracht tot soms ruim minder dan 50 procent van de oorspronkelijke bezetting. De verliezen treffen ook niet alleen krabbers, ook de grootste kampioenen hebben hun juniorenbestand zien halveren. Iets dat tot een jaar of 10 geleden bijna ondenkbaar was.
Naar de oorzaak blijft het gissen, echter het is te makkelijk om slechts te wijzen naar de kwaliteit van het gekweekte materiaal. Zelfs mannen met absolute topkwaliteit onder de pannen zitten met de handen in het haar. Het zou dan ook een goede zaak zijn om “het jonge duivenprobleem” eens goed in kaart te brengen. Wetenschappelijk en niet gebaseerd op aannames of gedachten maar op feiten.
Hier ligt m.i. een schone taak voor de WOWD. Het verlies van de jongen vormt namelijk zo mogelijk nog een grotere bedreiging vormt voor de continuïteit van de duivensport dan de te ambitieuze plannen van onze NPO-voorzitter.
Een voorzitter die op internet een soort petitie tot aftreden aan zijn broek had hangen. Ondanks dat de NPO voorzitter naar mijn mening de verkeerde afslag heeft genomen is dit laatste nu niet direct mijn stijl. Gewoon discussiëren op de vergaderingen en bijsturen waar dat nodig is. Of in het ergste geval daar een motie van wantrouwen indienen.
Gek genoeg vormden de plannen van het NPO-bestuur geen thema van gesprek in het praathuis. Voor de gewone liefhebber is het ogenschijnlijk nog steeds de ver van mijn bed show. Men klaagde daarentegen behalve over het verlies van jonge duiven vooral over de sterk gestegen kosten van het vervoer. Nog nooit eerder werd deze onvrede zo luid en duidelijk uitgesproken. Vooral het verschil in kostprijs tussen Noord en Zuid Holland was bij velen een doorn in het oog. Vermoedelijk vindt een en ander zijn oorsprong in het nieuwe systeem van nacalculatie.